Leren rekenen op de basisschool
Rekenen is een verplicht vak op de basisschool. De kinderen beginnen al in de groepen 1 en 2 met het voorbereidende werk. Tot aan groep 8 krijgen de kinderen rekenles. In groep 8 moeten de kinderen minimaal genoeg weten om met de wiskundelessen op de middelbare scholen goed mee te kunnen komen. De overheid heeft daarom doelen voor het rekenonderwijs opgesteld, de zogenaamde kerndoelen.
Verschillende methodes
Er zijn verschillende methodes voor het leren rekenen te onderkennen. Niet elke school gebruikt dezelfde methode, waardoor ook niet ieder kind aan het einde van een groep hetzelfde kan. Zo zijn er methodes die kinderen al in groep 3 alle tafels laten automatiseren, terwijl er ook methodes zijn die in groep 3 alleen de kinderen de tafels 1 tot en met 5 en 10 aanbieden en pas in de volgende groep de overige tafels.
Echter moeten alle methodes aan het einde van de basisschool de kinderen een minimale rekenbasis hebben gegeven, waardoor ze een basis hebben voor de wiskunde lessen op het voortgezet onderwijs.
Momenteel (2015) zijn de volgende methodes in Nederland beschikbaar:
- Alles telt (ThiemeMeulenhoff, Amersfoort)
- De wereld in getallen (Malmberg, ’s-Hertogenbosch)
- Pluspunt (Malmberg, ’s-Hertogenbosch)
- Rekenrijk (Noordhoff, Houten)
- Rekenwonders (BazaltHCO, Vlissingen)
- Reken zeker (Noordhoff, Houten)
- Wizwijs (Zwijsen, Tilburg)
Kerndoelen
Ondanks dat er verschillende methodes zijn voor het rekenen, moeten de scholen voldoen aan de kerndoelen die het ministerie van Onderwijs en Cultuur hebben opgesteld. In deze kerndoelen wordt exact aangegeven wat de basisschool de kinderen moet bieden in het rekenonderwijs. De basisscholen mogen echter zelf de methode uitkiezen die het best bij het profiel van de basisschool past.
Voor de wiskunde/rekenles in het basisonderwijs zijn kerndoelen opgenomen voor:
- Wiskundig inzicht en handelen
- Getallen en bewerkingen
- Meten en meetkunde